Reactie op artikel in NRC Handelsblad

Zaterdag 23 oktober staat er een artikel in NRC Handelsblad op pagina 2 over de stand van het verzet tegen het regeringsbeleid. Ik ben tweemaal een kwartier met de journaliste Michele de Waard aan het praten geweest en er is een citaat van drie zinnen dat mijn standpunt zou weergeven. Het citaat luidt:

De Bijstandsbond Amsterdam voerde de afgelopen weken wel enkele kleine acties uit, zoals een fietsprotest naar Brussel en een blokkade van een rotonde. “Maar het is moeilijk een breed maatschappelijk protest van de grond te krijgen” zegt voorzitter Piet van der Lende. Mensen vinden het zinloos te protesteren tegen een politieke meerderheid. En, zegt hij “Er is geen overheersende ideologie meer. Heeft het actiecomite een ander standpunt, dan haken andersdenkenden al gauw af” .

Dit citaat vereist op zijn minst enige toelichting om het maar voorzichtig te zeggen. Ik heb helemaal niet gezegd dat er geen overheersende ideologie meer is. Die woorden heb ik helemaal niet in de mond genomen. Ik heb de journaliste omstandig uitgelegd, dat de VVD dertig jaar vrijwel onafgebroken in de regering heeft gezeten. Ik vind dat er juist wel een alles overheersende ideologie is, nl de liberale van ieder voor zich en God voor ons allen. Ik heb wel het woord individualisering in de mond genomen. Daarmee bedoel ik niet zozeer dat er geen overheersende wereldbeelden meer zouden zijn, maar dat in de overheersende ideologie van het liberalisme wordt gestreefd naar een eindeloze fragmentatie van individuen en vernietiging van bepaalde vormen van solidariteit. De overheersende ideologie zit een beetje in ons allemaal, ook al zijn mensen het soms grotendeels wel eens qua redeneringen met de standpunten en de kritiek die door linkse groepen worden uitgedragen. En daarom heb ik in verband met die fragmentatie in het gesprek het volgende aan de orde gesteld, waarbij ik mij er achteraf van bewust ben, dat ik het misschien duidelijker had moeten formuleren. Een aspect van de fragmentatie is, dat individuen een eindeloze stroom informatie op zich afgevuurd krijgen, niet alleen door de opkomst van internet en de televisie en andere massamedia, maar ook door bijvoorbeeld de reclame. Daarbij worden mensen steeds meer verantwoordelijk gemaakt voor het functioneren van bepaalde diensten in hun richting. ‘Gecommuniceerd’ worden mededelingen over wijzigingen in het dienstverleningssysteem, wachtwoorden en inloggegevens, allerlei administratieve nummers zonder dewelke een Call Centre van een instantie niets voor je kan doen, etc. Het individu moet al die reclame en informatie voor zich zelf managen en omgaan met pogingen je gedrag te beinvloeden, bijvoorbeeld in supermarkten. Dit heeft een grote invloed op hoe je met informatie omgaat. Ik constateer, dat veel mensen ten aanzien van al die informatie een strategie ontwikkelen, waarbij ze zich proberen af te sluiten voor een deel ervan, en als dat niet mogelijk is, razendsnel te reageren op eerste indrukken, impulsen, waarnemingen en opgeroepen emoties. Dit gebeurt in enkele seconden. De informatie wordt gefilterd om het overzicht te behouden. In enkele seconden of een seconde: Dat wel, dat niet. Dit heeft gevolgen voor de manier waarop linkse actiecomitees, die ook met de mensen willen communiceren, hun materiaal presenteren en daarbij geldt ook dat als je standpunt of de kop van het pamflet of een bepaalde formulering niet goed valt, de mensen in enkele seconden de beslissing nemen, dit wil ik niet. Terwijl ze het misschien voor 95% of meer met de actie eens zijn of in ieder geval de strekking van de actie ondersteunen. Het betekent ook, dat een deel van de mensen die wel verder kijken toch niet meedoen omdat die eerste impuls, indruk, reactie in enkele seconden waarbij die 5% niet klopt toch zeer belangrijk wordt gevonden.

Ik heb het bovenstaande verhaal korter verteld, en alleen benadrukt dat ik ontdekt heb, dat als een detail in een pamflet veel mensen niet aanspreekt, ze afhaken ook al zijn ze het misschien op zich wel met de actie eens. Dit heeft geleid tot de bovengenoemde formulering in het krantenartikel

Nog iets dat niet klopt

Er staat in het citaat waarin ik wordt aangehaald nl nog iets wat pertinent niet klopt. Ik zou gezegd hebben dat de Bijstandsbond een fietstocht en een blokkade van een rotonde zou hebben georganiseerd. Dat eerste is waar, dat tweede is onwaar. Het misverstand dat hier optreedt komt voort uit het feit, dat de journaliste mij twee vragen stelde, nl ten eerste dat er helemaal niets gebeurt en er geen maatschappelijk verzet is en ten tweede wat de Bijstandsbond doet om de protesten tegen het regeringsbeleid vorm te geven. Ik ben toen begonnen op te sommen welke initiatieven er in den lande wel allemaal waren, ook van anderen. En daarbij wat de rol van de Bijstandsbond in sommige initiatieven was. De journaliste heeft dat opgevat als: dat zijn allemaal initiatieven van de Bijstandsbond. Hoewel ze kon weten dat dat niet zo was, omdat ik bv de actie van Rekening Retour heb genoemd waarvan ze blijkens het artikel de website heeft bezocht. En ik heb haar omstandig uitgelegd, dat de blokkade van een rotonde, waarvan ik de plaats niet meer wist (Het blijkt bij het Haarlememrmeerstation te zijn geweest ) een gevolg was van een min of meer spontane oproep van niet in een bepaalde organisatie deel uitmakende leden van Facebook, een soort vriendengroep, die op de dag van de regeringsverklaring een blokkade van die rotonde hebben georganiseerd na oproepen van diverse personen daartoe op dat Facebook om hun ongenoegen over het regeringsbeleid te laten blijken. We hebben het daar een hele tijd over gehad.

Conclusie

Het is een feit, dat er op dit moment geen breed, massaal verzet tegen het beleid van de nieuwe regering is. Maar dat er wel een reeks van kleine initiatieven is, waarbij men probeert dit verzet op gang te brengen. Het is onzin te zeggen dat er niets gebeurt. Overal in het land zijn groepen en individuen op hun manier bezig te vechten tegen de verarming. Nu kun je daar op twee manieren mee omgaan. Je kunt de zwakheden van de linkse beweging benadrukken, en zeggen dat er niets gebeurt, waarmee je bedoelt dat er geen grote massa of andere -acties zijn die geschikt zijn om in de krant te komen volgens de criteria die journalisten aanleggen (alsof het daarom gaat) zoals in het artikel gebeurt, of je kunt die initiatieven zien als onderdeel van pogingen, nieuwe vormen van protest te zoeken en daarmee experimenteren en kijken wat misschien wel werkt en niet werkt. De journalisten hebben gekozen voor een negatieve insteek, er gebeurt niets en hebben zich niet verdiept in de inhoud en de vorm van de experimenten die momenteel overal plaatsvinden. En dit vanuit het oogpunt of de gekozen verzetsvormen effectief zijn bij pogingen de ontwikkelingen te beinvloeden en niet of het geschikt is voor de media. Er zijn in den lande duizenden clientenraden en andere raden die in overlegstructuren zitten en waar mensen veel energie in steken om invloed uit te oefenen. Dus er gebeurt veel. Maar is dit effectief? Een van de aspecten in de discussies die moeten plaatsvinden is wat mij betreft verder dat zelforganisaties, actiecomitees e.d. zich als een soort pavlov reactie richten op de politieke discussie in parlement of gemeenteraad en dan nog wel op een bepaald moment, nl wanneer de regering maatregelen aankondigt en het erom gaat, of er een parlementaire meerderheid voor te krijgen is. En dan organiseer je protesten, een bijeenkomst, een actie of misschien zelfs wel stakingen om op een eenzijdig gerichte manier duidelijk te maken aan de parlementaire meerderheid dat je het er niet mee eens bent. Om bij van te voren vaststaande meerderheden in veel gevallen een nederlaag tegemoet te gaan. Dit verhaal wordt te lang om het allemaal uit te legen, maar we moeten in mijn ogen bij de opbouw van een beweging ons niet alleen op de overheid richten maar ook op andere groepen die een rol spelen in het besluitvormingsproces, zoals bedrijven, grote lobby organisaties, etc. en misschien op andere momenten protesteren, met andere middelen, zoals de ontwikkeling van collectieve juridische procedures. En daar onze energie in steken. Er zijn vele mogelijkheden en individuele en collectieve strategien om een dam op te werpen tegen de rigoreuze verarming en afbraak van voorzieningen die op ons afkomt . Maar een ding is mij duidelijk: oude modellen – de massactie en de manier waarop acties van de vakbeweging in het overlegmodel worden ingepast- gericht op de beinvloeding van parlementaire meerderheden op een bepaald moment werken op dit moment in Nederland niet meer.

P vd Lende