Verzet tegen de identificatieplicht

Eerder verschenen in Kabam, augustus 1995

Wie bent u?

Op 1 juni 1994 is de Wet op de Identifikatieplicht in werking getreden. In bepaalde gevallen, oa bij controles in het open­baar vervoer en bij het aannemen van werk en bij uitkeringsin­stanties, moeten mensen zich legitimeren. Dit wordt een be­perkte identifikatieplicht genoemd. Alleen als uiterste middel ‘ter vergemakkelijking van de opsporing en vervolging van strafbare feiten’ mag de identifikatieplicht een rol spelen. Fraudebestrijding, ordehandhaving en controle op illegale buitenlanders zijn de belangrijkste trefwoorden. De controle op illegale buitenlanders is verreweg het belang­rijkste ele­ment van de identifikatieplicht. Met het oog op het wegval­len van grenscontroles, wordt het toezicht op buitenlan­ders ver­plaatst naar het gehele land. In het verleden was het begrip vreemdeling synoniem voor het gekleurde deel onder hen. Met de nieuwe identifikatieplicht zal het aantal controles, waarbij deze mensen betrokken raken verder toenemen. Voor hen zal de beperkte identifikatieplicht een volledige plicht inhou­den. Al direct na de in werking treding van de WID, in juni 1994, kreeg de Kaap Verdiaanse gemeenschap in Rotterdam te maken met deze negatieve uitwerking van de identifikatie­plicht. De Rotterdamse politie begon de wijk waar veel Kaap Verdianen wonen ongericht en zonder directe aanleiding deze mensen op straat aan te houden en te controleren op identi­teit. Onder de Kaap Verdianen heerste verbazing en onbegrip over dit onver­klaarbare politieoptreden, omdat het overgrote deel van hen al langer dan vijf jaar legaal in Nederland verblijft.

Een ander onderdeel van de nieuwe wet is, dat werknemers zich op de werkplek moeten identificeren. De werkgever moet een kopie maken van zijn identifikatiebewijs, en bewaren in zijn loonadministratie. Doet hij dit niet, dan wachten hem forse boetes. Ook werknemers die zich niet identificeren krijgen boetes of worden in het geheel niet aangenomen. Bovendien moeten zij meer belasting betalen. De Wet op de identifikatie­plicht maakt onderdeel uit van steeds uitgebreidere controle­systemen van burgers, (zie ook de Wet op de registratie van allochtonen) waarbij politici openlijk zeggen dat de privacy moet wijken voor het belang van fraudebestrijding, en waarbij burgers oa tot taak krijgen, elkaar te controleren. Koppelin­gen van computerbestanden, registratiesystemen, en zich steeds uitbreidende controle-instanties moeten ervoor zorgen, dat de ‘pakkans’ van iemand die wel eens een van de vele regeltjes overtreedt, wordt vergroot. Het lijkt erop, dat hierbij zo langzamerhand met een kanon op een mug wordt ge­schoten, want terwijl de vele controlediensten net zoveel geld kosten als de opbrengsten van opgespoorde zwarte gelden, is bijvoorbeeld de fraude in de bijstand zeker wat de gefraudeer­de bedragen betreft nog steeds zeer beperkt en is het aantal ‘illegalen’ dat in aanmerking komt voor de sociale zekerheid vrijwel nihil.

Sinds september 1994 organiseert het Autonoom Centrum een campagne tegen de Wet op de Identifikatieplicht onder het motto: “Een idee weiger mee”. Het doel is, mensen een handvat te geven tegen de wet, mogelijkheden tot verzet uit te zoeken en daarnaast mensen in vergelijkbare situaties met elkaar in contact te brengen.

De campagne richt zich er oa op, dat werknemers weigeren een kopie van hun identiteitsbewijs afstaan aan hun werkgever. Deze kopieën moesten voor 1 juni 1995 worden ingeleverd door die mensen die op 1 juni 1994 in vaste dienst waren. Voor anderen geldt, dat zij zich bij indiensttreding moeten legiti­meren, waarbij direct een kopie gemaakt wordt van het identi­teitsbewijs. Voor deze mensen geldt, dat indien zij weigeren geen arbeidscontract mag worden afgesloten. Sinds de start van de campagne hebben inmiddels 1500 mensen laten weten aan de actie mee te doen. Een greep uit de reeds ondernomen acties:

-dhr Oomen vraagt van zijn werkgever acht gulden voor zijn kopie en heeft een brief naar het Ministerie van Binnenlandse zaken gestuurd i.v.m. het copyright.

-verschillende mensen hebben een bezwaarschrift naar de werk­gever gestuurd.

– Een man uit Sittard heeft een kopie van twee bij drie meter ingeleverd dat niet geaccepteerd werd, maar stappen zijn achterwege gelaten;

– Een groep banenpoolers uit Amsterdam overweegt te gaan procederen tegen de werkgever mocht deze stappen ondernemen. Dagelijks bellen mensen naar het Autonoom Centrum met vragen over de wet op de identifikatieplicht.